Op zaterdag 16 april liep ik voor de dertiende achtereenvolgende keer de Rode Kruis “Bloesemtocht” te Geldermalsen. De weersvoorspellingen voor deze dag waren niet zo goed, de dagen ervoor hadden dat al min of meer bewezen. Het was eigenlijk ook wel vreemd om in alle vroegte naar Geldermalsen te vertrekken zonder tussenstop in Biddinghuizen om mijn vaste mede-wandelaars van de laatste vier jaren, de dames Riet Blonk en Marja van Gilst op te pikken. De keuze welk traject werd hierdoor wel eenvoudiger, de laatste drie keer was dat het oostelijke parcours van 30 km, oorspronkelijk uitsluitend bedoeld voor de categorie “sjokken met stokken” landelijk beter bekend als nordic-walking. Nu ik de keuze helemaal weer zelf kon bepalen besloot ik de andere kant weer op te gaan, dus het westelijk parcours via Beesd. Ik kon dan tijdens de mars nog beslissen of dat 25 of 40 km moest worden, het weer en de toestand van de ondergrond waren daartoe de belangrijkste factor. De start is zoals ook alle voorgaande jaren mogelijk vanaf zeven uur, dus vijf uur uit de veren want bij aankomst in Geldermalsen ben je nog niet in de Veilinghallen van waaruit je vertrekt, vroeger had je nog flink oponthoud door eerst een kaartje te kopen en vervolgens de nodige knippies er in te verkrijgen, nu heb je reeds maanden van te voren een startbewijs via internet, voorzien van barcode, scannen die handel en wegwezen. Al direct na het verlaten van de A1 ontstond er een flinke file, dat bleek later te maken te hebben met de toestand op de tot parkeerplaats omgebouwde weilanden, één grote blubberzooi en ik vreesde al het ergste wanneer ik dat terrein weer moest verlaten.
Ik nam de toestand en de parkeerplek goed in mijn geheugen op en maakte er een “weighpoint”van, eerdere jaren was gebleken dat het terugvinden van je eigen voertuig de nodige problemen kon veroorzaken, en gelukkig niet alleen bij mij. De route van parkeerterrein naar start was dus al een glibberige bedoening en ik vreesde voor het parcours ook het ergste, uiteindelijk kon ik starten om 07.15 uur en mocht vrijwel direct daarna de traditionele “Kanzi”appel in ontvangst nemen, op naar Enspijk waar de molen “de Vlinder” zoals elk jaar aan de wieken getooid was met de nationale- en Rode Kruisvlaggen.
Het westelijk parcours wordt gekenmerkt door de aanwezigheid van de Linge, oostwaarts is daar minder sprake van en is een oversteek niet noodzakelijk. In voorgaande jaren was de Koninklijke Landmacht prominent aanwezig, jaarlijks wordt dat opvallend heel veel minder en dat geldt niet alleen voor de Bloesemtocht ook de Nijmeegse Vierdaagse merkt dat gevoelig, kamp Heumensoord wordt al lang niet meer opgebouwd door Defensie, alleen de oversteek van de Maas bij Cuijk wordt nog door de pontonniers van de Genietroepen met behulp van brugleggende tanks verricht. Al bij de eerste oversteek van de Linge zag ik hoe onze bevriende Oosterburen het de wandelaars mogelijk gemaakt hadden aan de overkant te komen.
Bliezen zij in het verleden nog een flink aantal bruggen in ons vaderland op, nu deden zij het tegenovergestelde. Ik werd daar warm van, mijn zwager Chris uit Leeuwarden schreef mij op Facebook dat noemen zij daar Wiedergutmachung, ja daar had ik nog niet aan gedacht. Vielen dank Freunde, ich muss weiter. Na Enspijk is dat naar het mooie plaatsje Beesd, vroeger passeerden de wandelaars de karakteristieke stompe toren aan de voorzijde in de drukke winkelstraat, maar de organisatie heeft de route nu zo verlegd dat de winkels op zaterdag van ons geen last meer hebben en komen nu achterlangs. Nog voor Rhenoy moest ik de keuze maken 25 of 40, uiteindelijk toch maar gekozen voor de 25 en daardoor de route blijvend langs de Linge op de dijk aangehouden. Allerminst een saai traject, fraaie huisjes langs de dijk met echt heel oude, goed gesnoeide fruitbomen.
Deze oude bomen bloeiden vrijwel overal volop uitbundig, in de boomgaarden was dat vaak wat minder. Er zit wel een volgorde in de bloeiperiode welke meestal maar ongeveer 14 dagen duurt, de bomen welke het eerst bloeien zijn de kersen en pruimenbomen, gevolgd door peren en appels. De appelbomen zijn meestal het laatst en de kleur van de bloesem is vaak rose in tegenstelling tot de andere vruchten. Er was dit jaar in de nacht voor de wandeling geen sprake van vorst, ook dat wel meegemaakt en dan word je geconfronteerd met beregeningsinstallaties welke op gezette tijden een plons water in je nek gooien en zorgen dat de ondergrond in de boomgaard druipnat wordt. Op zo’n Linge dijkje zag ik dat ook de Italiaanse politie nog vertegenwoordigd was, de manschappen hadden een voertuig achteloos achter gelaten.
Achteraf bezien is het weer ontzettend meegevallen, waarschijnlijk mede door de harde wind is het droog gebleven, was de regenkleding overbodig en had ik mijzelf iets te warm ingepakt. Via Rumpt terug gewandeld en een heel glibberig pad voor Deil getrotseerd, hier was het echt goed uitkijken geblazen. Uiteindelijk met muziek weer naar de veilinghallen begeleid, mijn 13e pin opgehaald en uitgerust op een bankje met een heerlijke vruchtenbowl. Mijn wandelboekje afgestempeld door de bond en mijn eerder bestelde T-shirt als herinnering opgehaald. Voor het thuisfront is het alle keren dat ik deelnam aan deze tocht gebruikelijk en dus traditie geworden dat ik de eerste Betuwe-aardbeien meeneem. Zo geschiedde ook dit jaar 2016. Bepakt en bezakt naar het parkeerterrein waar de wind voor een betrekkelijk droge aftocht gezorgd had.